Voerendaal - Utrecht 4-6
Het geheim van de succesformule
Na de lange winterstop was Voerendaal gastheer van koploper Utrecht.
De Jonge Honden voeren in klasse 1B een waar schrikbewind waar
uitslagen als 8-2 meer regel dan uitzondering zijn. Voerendaal had
dan ook niet de illusie om deze op hol geslagen locomotief tot
stoppen te brengen. Een beetje afremmen, zou ook al aardig zijn.
Schaaktechnisch voorbereiden op Utrecht is een moeilijke taak omdat
ze veel schuiven met hun pionnen. Voerendaal besloot om de
voorbereiding van Utrecht te ontregelen door de opstelling iets aan
te passen. Zo verdwenen Schebler en Hausrath naar de borden 3 en 4
terwijl Temmink, Henzen en Caessens de staartborden bezetten. Deze
aanpassing zorgde voor een spannende strijd waarbij Voerendaal op
een gelijkspel leek af te stevenen. Uiteindelijk gaf het
klassenverschil de doorslag. Toch konden beide teams na afloop
tevreden zijn. Utrecht omdat het wederom gewonnen had en Voerendaal
omdat het kranig tegenstand bood en de meeste bordpunten van Utrecht
wist af te snoepen.
De wedstrijd werd geopend door Bus tegen
Dambacher. Hoofdschuddend
moest Martijn erkennen dat de witte Catalaanse opstelling niet te
kraken viel. (½-½). Marc Erwich bracht
Utrecht op voorsprong. Rob Merx zette de Hollandse
partij goed op maar tastte in het middenspel mis. Het hallucinerende
torenoffer bracht niet het gewenste resultaat.(½-1½).
Gerhard Schebler wist met handig manoeuvreerwerk een
lastig paard op c3 te brengen. Nadat Lorin D'Costa
de juiste verdediging miste, was de stand weer gelijk
(1½-1½). Op het topbord had Driessens
een zware middag tegen Berkvens. Het tamme Franse
4.Ld3 bleek tegen een onvoorbereide speler meer gif te bevatten dan
verondersteld. Na de hele partij met de rug tegen de muur te hebben
gestaan, werd in tijdnood het vonnis over Patrick geveld. De score
(5 uit 5) van Joost mag er zijn! (1½-2½). Ondanks de
achterstand zag het er gunstig uit. Temmink en Hausrath hadden hun
voordeeltje weten vast te houden terwijl Henzen en Caessens hun stelling
wisten te verbeteren. Zimmermann stond gelijk en Peerlings was
onduidelijk.
In een Reti-achtige opening kreeg Henk Temmink in eerste
instantie het betere van het spel. Alexander Van Beek
vocht zich terug in de stelling maar tastte geheel mis in de ziedende
tijdnood. (2½-2½). Daniel Hausrath moest
hard werken tegen de Egelopstelling van Thomas Willemze.
Op het moment dat hij de winnende combinatie meende te kunnen uitvoeren,
ontdekte hij de venijnige riposte die Willemze had klaarliggen. Er restte
niets anders dan een gelijke positie die uiteindelijk in remise
resulteerde (3-3). Camiel Peerlings kreeg zijn
voorbereide variant op het bord. Het interessante middenspel (Toren +
2 pionnen <-> 2 Lopers) vraagt veel deskundigheid van beide
spelers. Jelmer Jens wist het handigst hier mee om te
gaan en bracht Utrecht weer op voorsprong (3-4). Na een rustige opening
kwam Rob Caessens een pion achter waar hij als
compensatie een koningsaanval voor terugkreeg. Na enkele
schermutselingen was het Joost Michielsen die in een
paardeindspel met een pion minder terecht kwam. Caessens kon de muur
niet slopen waardoor het punt werd gedeeld (3½-4½). Op
bord 8 ontstond ook een Catalaans gevecht. Het venijnige Lc1-d2-a5 van
Robert Ris kreeg niet de juiste follow-up waardoor
Arno Henzen het initiatief naar zich toe trok. Via een
handige afwikkeling kwam een voor zwart gunstig toreneindspel op het
bord. De stelling was echter niet gunstig genoeg om gewonnen te worden.
(4-5). De eindstand werd bepaald door de partij tussen
Luc Zimmermann en Jeroen Willemze.
Na een Caro-Kann-opening waarbij dan de een en dan de ander een
tikkeltje beter stond, leek de partij in remise te verzanden. In het
toreneindspel gebruikte Willemze handiger zijn kansen en bepaalde
daarmee de eindstand op 4-6.
Uitslagen
(*=KNSB-rating)
bord |
Voerendaal |
FIDE |
- |
Utrecht |
FIDE |
uitslag |
1. |
Driessens |
2273 |
- |
Berkvens |
2423 |
0-1 |
2. |
Bus |
2135 |
- |
Dambacher |
2401 |
½-½ |
3. |
Schebler |
2470 |
- |
D'Costa |
2386 |
1-0 |
4. |
Hausrath |
2476 |
- |
Willemze T |
2392 |
½-½ |
5. |
Merx R |
2080* |
- |
Erwich |
2366 |
0-1 |
6. |
Zimmermann |
2093 |
- |
Willemze J |
2398 |
0-1 |
7. |
Peerlings |
2123* |
- |
Jens |
2369 |
0-1 |
8. |
Temmink |
2267 |
- |
van Beek |
2344 |
1-0 |
9. |
Henzen |
2209 |
- |
Ris |
2352 |
½-½ |
10. |
Caessens |
2246 |
- |
Michielsen |
2352 |
½-½ |
|
4-6
|
P.S.
De reden waarom dit team (Utrecht) gelijkstaande stellingen wint
en slechter staande stellingen remise houdt, komt niet alleen
door hun speelsterkte. Nee, zij koesteren de klassieke zienswijze
“Mens Sana in Corpore Sano”.
De Utrechtenaren hebben de gewoonte om de avond voor de externe
wedstrijd gezamenlijk te voetballen. Voerendaal nam het aanbod
van Utrecht met veel plezier aan om als sparring partner op te
treden. De uiterst sportieve match werd door Utrecht (met Totti
en Ronaldinho) met 11-8 gewonnen.
Dit soort voetbalwedstrijden verhoogt niet alleen je fysieke
vermogens maar versterkt ook de band tussen de spelers. De
Voerendalers die mee voetbalden zagen meteen het positieve effect
ervan: geen enkele speler had in de schaakmatch verloren!
Tom Bus
|