Bondswedstrijden Dieren (Open Nederlands Kampioenschap):
Zesrondig toernooi (16-21 juli 2001)

door Bob Merx

Zoals zo vaak de laatste jaren besteedden Rob en ik onze "zomervakantie" aan bovengenoemd toernooi, dat sinds jaar en dag in juli wordt gespeeld in sporthal Theotorne in Dieren (boven Arnhem). De grote jongens spelen allemaal in het 9-rondig hoofdtoernooi mee (o.a. Joost Heltzel van ’t Pionneke Roermond), waarbij de best geklasseerde Nederlander zelfs een plaatsje verdient in het (gesloten!) Nederlands Kampioenschap van het het volgende jaar. Daarnaast zijn er (afhankelijk van de rating) nog reservegroepen A, B en C (ook 9 ronden). Voor de watjes, die 9 ronden te lang vinden, is er de mogelijkheid om mee te spelen in het 6-rondig toernooi (2 groepen, afhankelijk van rating). Voor de echte die-hards zijn er naast de gewone partijen ook nog rustdag- en avondwedstrijden (doorgeefschaaktoernooi, snelschaaktoernooi, simultaan).

Zoals gezegd, zijn Rob en ik watjes (6-rondig toernooi, hoogste groep), net als bijv. Frans Hanssen van Caïssa Geleen (hoezo watje, hij fietste elke dag heen en weer vanaf Nijmegen). Een leuke bijkomstigheid van deze groep is echter, dat er elk jaar weer een vaste groep deelnemers (Puyman, Kuiper, Gorter, Mostertman, Teunissen, Officier, Francis, Schol (2x) e.a.), mee speelt, zodat er steeds sprake is van een soort reünie. Tevens is de formule van één partij per dag (12:30 - maximaal 17:30) ideaal om nog andere dingen te doen dan alleen maar schaken (bijvoorbeeld uitslapen!). Wij overnachtten bij (nep-)familie (dat leggen we nog wel eens een keer uit) in Zevenaar, die een overladen avondprogramma voor ons hadden samengesteld (spelletjesavonden, bowling, oefenwedstrijd Vitesse in Didam). Dus aan de randvoorwaarden zou het niet liggen, indien de prestaties achter de borden niet goed zouden zijn.

Het begon al goed bij de aanmelding. Mijn naam kwam niet voor op de deelnemerslijst, terwijl Rob en ik onze inschrijvingsformulieren in precies dezelfde envelop hadden gestopt. Maar gelukkig is het een voordeel, dat je bijna elk jaar van de partij bent en de vriendelijke wedstrijdleiding besloot om mij alsnog in te delen. Zo kwam ik op de plaatsingslijst op de 5e plaats terecht, terwijl Rob tot de favorieten behoorde met zijn 2e plaats. Overigens is het prijzengeld gebaseerd op het aantal behaalde punten (vanaf 4) en niet op de eindklassering.

Mijn partij uit de eerste ronde zou symptomatisch worden voor de rest van het toernooi. In een stelling, waarin mijn tegenstander het initiatief dreigde te krijgen, maakte hij de beslissende fout:










Position after:

Merx,B - Burer,A (1839)
Dieren (1), 2001

Zwart heeft de aanval met zijn c-pion op het witte centrum ingezet. Wit probeert met zijn laatste zet tegenspel via de h-lijn te krijgen, maar met 31... Dc8 zijn de witte dreigingen gepareerd (bijv. 32. Ph6+ Kg7 33. Dh5 Le8) en kan zwart verder gaan met zijn plan. Zwart wilde zijn toren echter op het bord houden en koos voor het ongelukkige ... 31...Tf8?? 32.Pxe5+! Ke8 [32...fxe5 33.Dh5+ Kg7 34.Dg6#] 33.Pxc4 waarmee wit 2 pionnen en de partij won. 1-0

Rob speelde in de eerste ronde remise, maar vond niets uit zijn partij publiceerbaar.

Mijn tegenstander uit de tweede ronde had in de openingspartij op een mooie manier met zwart tegen de speler met de hoogste rating gewonnen, dus het zou alles behalve een walk-over worden. Na de opening hield ik lange tijd een klein nadeeltje, maar na een foutje van mijn tegenstander kon ik afruilen naar een eindspel, dat ik als iets beter voor zwart beschouwde (overigens bleek mijn tegenstander een lichte voorkeur voor de witte stelling te hebben!):










Position after:

Teunissen,M (1831) - Merx,B
Dieren (2), 2001

De verschillende voorkeuren zijn verklaarbaar: wit ziet zijn loper alle damevleugel van het bord snoepen, terwijl ik mij wilde storten op de zwakke e-pion. Overigens had wit, die in lichte tijdnood zat, zitten twijfelen tussen de tekstzet en 36. Lf5, maar die laatste zet verliest een pion na 36. Le6! en 37. Pd7. Zwart moet nu het paard slaan, maar heeft verder gerekend dan wit. 36...Lxf5 37.Lxf5 Pd7 38.Ke3? Na 38. Lxd7 Kxd7 39. Ke3 Ke6 40. Kd4 b6 41. b4 is het pionneneindspel remise. 38...Pxe5 39.Lc8 Pc4+! Overzien door wit. 40.Kd4 Pd6 41.Lg4?! Zwart staat nu een pion voor, maar het zou nog lastig zijn geweest, indien de loper naar h3 zou zijn gegaan. Op g4 blijkt hij taktisch slecht te staan. 41...b6 42.a4 Pc4! 43.Lc8 [De volgende variant bewijst de laatste opmerking: na 43.b3 c5+ 44.Kxd5 Pe3+ 45.Kc6 Pxg4 46.Kxb6 Kd6 47.Kxa6 of 47. b4 cxb4 48. cxb4 Pe3 49. Kxa6 Pd5 50. b5 Kc5 47...Pe3 48.b4 Pd5 wint zwart.] 43...Pxb2 44.a5 bxa5 45.Kc5 Pa4+ 46.Kxc6 Pxc3 en zwart won. 0-1

Rob speelde in de tweede ronde remise, maar vond niets uit zijn partij publiceerbaar.

In ronde 3 kwam ik (met wit) eindelijk eens goed uit de opening. Tijdens het middenspel maakte ik echter een afschuwelijke blunder:










Position after:

Merx,B - Mostertman,C (1971)
Dieren (3), 2001

In deze stelling heeft wit voordeel vanwege de pionnenformaties (het eindspel is altijd gewonnen). Ik was tijdens mijn overpeinzingen echter iets te veel bezig met het eindspel, waardoor ik de volgende afschuwelijk zet speelde met de bedoeling om dames op b5 te ruilen. 21.a4?? Dxb3 Gewoon een pion kwijt! Ik kreeg hierna wel nog remisekansen, maar die wist ik niet te benutten. 0-1

Rob won in de derde ronde, maar vond niets uit zijn partij publiceerbaar.

De vierde partij leverde voor mij met zwart al na 14 zetten een kwaliteitswinst op, maar na een foutief vervolgplan kreeg wit steeds meer compensatie voor zijn materiële achterstand. Het volgende diagram toont het moment, dat ik echt "geplet" lijk te worden.










Position after:

De Waard,R (1863) - Merx,B
Dieren (4), 2001

Als wit nu voortzet met 24. f5!, wordt de witte aanval erg sterk. Er hangt al 25. f6 in de lucht, terwijl zwarte verdedigingsplannen als 25. Te5 26. f6 g6? 27. Pg3! gevolgd door 28. Df4 en 29. Dh6 niet werken. De zwarte verdediging is in ieder geval zeer moeilijk. Een bijkomend voordeel van 24. f5! is ook de onderbreking van de diagonaal c8-h3. Dit wordt duidelijk na de volgende blunder van wit. 24.d6?? Txe4! 25.Dxe4 Dg4+ Zie vorige opmerking! 26.Kh2 Txd6 27.Le3 [Op 27.Lc1 volgt 27...Dxh5+ 28.Kg2 Tg6+] 27...Dxh5+ 28.Kg2 De2+ Deze damezet volgt ook op 28. Kg3. Zwart wint de witte loper. 0-1

Rob verloor in de vierde ronde, dus er is niets uit zijn partij publiceerbaar.

De "taktiek" van een slechte stelling opbouwen en vervolgens hopen op een blunder van de tegenstander werd weer "weergaloos" door mij toegepast in ronde 5.










Position after:

Merx,B - Schol,J (1858)
Dieren (5), 2001

Door prima spel heeft zwart een goede stelling opgebouwd. Dit blijkt vooral uit de sterke positie van de zwarte dame op c5, het zwarte loperbaar, de stelling van de witte koning en van de witte toren op f1. Het enige probleem kan de zwarte koning in het centrum worden. 18...Thc8?! Deze natuurlijk lijkende zet, geeft wit de mogelijkheid om via een verrassende torenzet het zwarte voordeel te neutraliseren. [Een interessante mogelijkheid voor zwart was hier 18...b5!? 19.axb5 axb5 20.Lxb5 Lxb5 21.Pxb5 Thb8 22.c4 Ta1+ 23.Kc2 Txd1 24.Kxd1 waarna zwart waarschijnlijk niet genoeg compensatie heeft voor zijn pion. De beste zet lijkt hier 18. Kf6 om deze eventueel op g7 te zetten, gevolgd door een aanval op de witte koning (Thc8, b5, b4).] 19.Tfe1! b5?? [Nu volgt na 19...Dxc4 20.Dxc4 Txc4 21.Pf5+ Kf8 22.Pxd6 Tc7 met gelijke stelling. (22...Txa4? 23.Pxf7!) ] De torenzet heeft echter nog een venijnige pointe, die door de zwartspeler wordt overzien. 20.Lxe6! Lxe6 [Of 20...fxe6 21.Txe6+! (21.Pxe6 Dc4) 21...Lxe6 22.Dxe6+ Kf8 23.Pf5 Le7 24.Td7] 21.Pxe6 Dc4 [Na 21...fxe6 22.Dxe6+ gaat zwart mat.] 22.Pc7+ Kd7 23.Dxc4 bxc4 24.Pxa8 en wit won. 1-0

Rob verloor in de vijfde ronde, dus er is niets uit zijn partij publiceerbaar.

De laatste ronde beloofde, wat de kop betreft, nog spannend te worden. Op de eerste 2 borden zaten de 4 koplopers (waaronder de schrijver van dit artikel). Deze keer kwam ik met zwart na het verlies van een 3-tal witte tempi beter te staan, al was het moeilijk om door de stevige witte stelling heen te breken. Mijn goede loper (tegenover wits slechte) en paard vonden wel aardige velden, maar echt concreet werd het voordeeltje niet. Wit maakte in de periode na de 40e zet echter de fout om de h-lijn te openen, waardoor ik naast de damevleugel nog een eventueel aanvalslijn kon gebruiken. De kritieke stelling zag er als volgt uit:










Position after:

Van den Bos,F (1840) - Merx,B
Dieren (6), 2001

Een mogelijk plan voor zwart is om zijn loper tegen het witte paard te ruilen, maar het is de vraag hoe ik door de witte muur kan komen. Het paard is superieur t.o.v. de loper, maar ik kan dan nergens met mijn koning de witte stelling binnen dringen. Waarschijnlijk is het beste plan voor zwart om op termijn (indien de witte stukken een beetje ongelukkig staan) de toren naar b3 te spelen met de dreiging Lxa3 om 3 witte damepionnen te krijgen voor deze loper. Let ook op de positie van de witte toren op h2. Het witte paard moet op e5 of g4 blijven wegens Pxg5. Deze wending volgt ook nog in de partij. Wit zag nu een kleine combinatie, waar echter een heel groot gat in zit. 53.Pxc4?? Op zich logisch, omdat na 53. dxc4 54. Kxe4 wit een pion wint. Wit had natuurlijk ook gezien, dat nu 53...Pxg5+ 54.Kg4 zou volgen (54. fxg5? Lxh2) , en dat het vervolg 54... dxc4 55. Kxg5 zou moeten zijn. Helaas voor hem is de partij meteen over. 54...f5+ 55.Kxg5 Le7# 0-1

Rob won zijn laatste partij, maar vond niets uit zijn partij publiceerbaar.

Dat betekent voor mij een gedeelde eerste prijs en het prijzengeld voor 5 punten, terwijl Rob met 50% "het slechtste toernooi ooit" had gespeeld. Maar ja, hij en de andere deelnemers hadden niet mijn geluk aan hun zijde! De eindstand van onze groep ziet er als volgt uit:

Zesrondig toernooi, Groep 1

Stand na ronde 6

Pl   Nr                    Rating  Score WP    SB    TPR 
1     4 Mostertman,CA        1971  5     23    18,75 2135
1     5 Merx,BHM             1966  5     23    18    2111
3    16 Kuiper,J             1839  4,5   18,5  12,5  2010
4     7 Gorter,JJ            1924  4     22,5  13,25 1934
4    14 Bos,FP vd            1840  4     22,5  13    1959
4    11 Waard,ER de          1863  4     18,5  9,5   1900
7     3 Migchels,ARP         1982  3,5   20,5  10,5  1883
7    17 Teunissen,MBM        1831  3,5   20,5  10,5  1947
7     6 Officier,TG          1936  3,5   19    10,25 1932
7    18 Viersma,M            1830  3,5   18    10    1925
7    24 Hendriks,JPEM        1769  3,5   18    9,75  1886
7    15 Burer,ARM            1839  3,5   18    8     1883
13   29 Schaik,H van         1695  3     20,5  9,25  1848
13   12 Schol,J              1858  3     19    7,75  1814
13   32 Lutgens,JHG          1634  3     18,5  8,25  1783
13    8 Weijsenfeld,MR       1903  3     18    8,25  1906
13   19 Hanssen,FWG          1825  3     17,5  8,5   1876
13    9 Peut,AA vd           1869  3     17,5  8,25  1779
13   30 Schol-Grin,mw AG     1686  3     17,5  7     1794
13   13 Puijman,J            1845  3     17    7,25  1792
13    2 Merx,R               2022  3     17    7     1864
13   10 Zuiderweg,HJ         1867  3     15    6,75  1797
23   28 Mulder,H             1695  2,5   17,5  6,5   1784
23   22 Goudriaan,PF         1786  2,5   15,5  4     1751
23    1 Schneiders,A         2230F 2,5   14    4     1804
26   21 Bruinenberg,mw CMIF  1792  2     18    4,75  1772
26   23 Francis,KAJ          1771  2     16    3,75  1699
26   25 Ruiter,E de          1759  2     14,5  2,5   1672
29   20 Hoos,BS              1814  1,5   15,5  2,75  1653
29   26 Etten,CJP v          1752  1,5   15    3,25  1726
29   31 Delft,K v            1643  1,5   15    1,5   1581
32   27 Roskam,M             1718  0,5   15,5  0,75  1483

Ongetwijfeld zullen Rob en ik volgend jaar weer van de partij zijn, misschien in gezelschap van andere Voerendaalse coryfeeën. Informatie over onze en andere groepen van de Bondswedstrijden vindt u via http://www.schaakbond.nl.